Innerlijk Kind-werk
Met ‘Innerlijk Kind’ wordt enerzijds het onvolgroeide, vervormde deel van onze psyche bedoeld en anderzijds het spontane, creatieve deel – ons vermogen om te spelen en te genieten. Dit vrije, spelende kind ligt echter vaak bedolven onder de verdedigingsmechanismen van het gekwetste kind en kan pas weer ‘naar buiten komen’ wanneer deze mechanismen zijn losgelaten en de wonden zijn geheeld.
De wonden van het Innerlijk Kind worden opgelopen in de kindertijd, wanneer we volledig ontvankelijk zijn voor alles wat vanuit de wereld naar ons toekomt. Jeanne Meijs vergelijkt dit in haar boek ‘Puberteit’ met een akker waarop onafgebroken regen valt. De grond raakt doorweekt en het water zakt weg in een diepere laag. In de puberteit wordt een bedding gegraven waarin dit grondwater zich verzamelt. Dit wordt onze levensstroom. In principe wordt niemand ongeschonden volwassen, omdat we, zoals Louise Hay zegt, allemaal ‘slachtoffers van slachtoffers’ zijn: we zijn allemaal kinderen van onvolmaakte ouders die, zelfs met de beste bedoelingen, fouten maken en ons onmogelijk altijd alles kunnen geven wat we nodig hebben.
Om zich lichamelijk optimaal te kunnen ontwikkelen heeft een kind vitaminen, mineralen, eiwitten en andere voedingsstoffen nodig. Hetzelfde geldt voor de geestelijke en emotionele ontwikkeling. Deze noodzakelijke voedingsstoffen zijn:
- de bevestiging dat je er mag zijn
- de bevestiging dat je goed bent zoals je bent
- de bevestiging dat het hebben en uiten van gevoelens goed is
- de bevestiging dat je jezelf mag zijn zonder afgewezen te worden
- de bevestiging dat je het waard bent om bemind te worden.
Daarnaast hebben we voeding nodig zoals aandacht, aanmoediging, acceptatie, bevestiging, goedkeuring, respect en waardering.
Wanneer de behoefte aan dergelijke voedingsstoffen onvoldoende wordt vervuld, kunnen we ons psychisch niet optimaal ontwikkelen. Hierdoor ontstaan stoornissen of achterstand in de groei, die uiteindelijk tot allerlei problemen kunnen leiden.
Daarnaast ontwikkelen we verdedigingsmechanismen, die ons tijdens de kindertijd beschermen tegen te grote pijn, maar in ons volwassen leven onze pogingen om een vervullend leven te leiden saboteren. In bepaalde opzichten gedragen we ons dan nog steeds als het kind dat we waren: hulpeloos, machteloos, afhankelijk en onzeker. We kunnen ons soms net zo verlaten, alleen en weerloos voelen als vroeger en zijn vaak meer bezig met óverleven dan met leven.
Het goede nieuws is dat we als volwassene in staat zijn de tekorten uit onze kindertijd op te sporen en ongedaan te maken. Dat is wat tijdens het Innerlijk Kind-proces gebeurt.